Als er iets duidelijk is geworden tijdens de coronacrisis, dan is het wel het belang van de horeca. Wat werden we gemist toen we dicht waren en wat werden we gewaardeerd toen we weer open mochten. Het belang van ontmoeten, ontspannen, genieten, losgaan, sociale contacten leggen, veiligheid op straat en ga zo maar door. Heel die coronacrisis was natuurlijk zwaar klote tot zover, maar nu het dan een beetje achter ons lijkt en ik toch naar wat positiefs zoek, is dat die waardering. Niet dat we als ondernemers heel de dag op schouderklopjes zitten te wachten, maar af en toe horen dat je er echt toe doet is gewoon fijn. Niet alleen de gasten lieten die waardering blijken, ik was ook echt best blij verrast door de opstelling van diverse gemeenten in onze omgeving. Er werd meegedacht als het ging om bijvoorbeeld precario verlagen, regelingen in huurpanden van gemeenten en ook belangrijk: de verruiming van de terrassen op de momenten dat we open mochten. Niet dat dit alles de verliezen goedmaakt (bij lange na niet zelfs), maar het gaf wel een beetje dat ‘samengevoel’ waar we met zijn allen behoefte aan hadden. Nou gaat natuurlijk niks vanzelf en dat geldt ook voor dit. Het lokale bestuur van Koninklijke Horeca Nederland onder leiding van Iris Wulffraat heeft zich hiervoor blaren op de tong gelobbyd en het vuur uit de schenen gelopen. Een aantal ondernemers dat onbezoldigd bestuurswerk doet, naast het keihard moet knokken voor hun eigen voortbestaan. Zelden een compliment, vaak wel veel commentaar krijgen (je weet wel, dat verhaal van die beste stuurlui), en toch maar onverschrokken door blijven gaan.
Ik heb hier zoveel waardering voor dat ik de hele dag hoeden zou willen blijven afnemen voor deze kanjers. Ga ik uiteraard niet doen, want dat vinden ze niks. Het zijn tenslotte echte Rotterdammers, niet lullen maar poetsen! Nou voeren ze die lobby altijd wel, maar nooit zo heftig als in de coronatijd. We hebben net de gemeenteraadsverkiezingen achter de rug en ook nu is de lobby lokaal onafgebroken door gegaan. Keihard nodig om al die belangen te behartigen. Dat wil overigens niet zeggen dat alles moet wijken voor horeca, zeker niet. Goed overleg met bewoners, rekening houden met leefbaarheid, keuzes in wat waar wel en niet mag. Allemaal van het grootste belang om duurzaam te kunnen ondernemen en wonen. Rotterdam kende de laatste decennia al een geweldige ontwikkeling als stad en zeker ook als horecastad. Persoonlijk vind ik dat we wat meer nacht zouden mogen hebben om die laatste stap naar wereldstad te zetten, maar daar wordt aan gewerkt. Tot slot toch nog een keer die heel diepe buiging voor Iris, Nina, Marco, Ron en Thom! Wat hebben jullie gevochten de afgelopen jaren en zonder dat ze het echt weten hebben niet alleen de ondernemers daar plezier van, maar vooral ook die honderdduizenden inwoners en die miljoenen toeristen die Rotterdam steeds levendiger en mooier vinden worden!
Robèr Willemsen
21 november 1971, Rotterdam
Loopbaan: Vijftien jaar diverse banen bij Heineken Nederland, in 2012 overgestapt naar het ondernemerschap. Eigenaar van Melief Bender, Proeflokaal De Pui, Muller&CO en partner in het festival Opperdepop. Van 2012 tot 2016 voorzitter Koninklijke Horeca Nederland afdeling Rotterdam, sinds 2016 landelijk voorzitter.
Typisch Robèr: Een betrokken en gedreven levensgenieter, altijd in voor nieuwe uitdagingen.
Beeld: Kelly Josefien Alexandre