Deze zomer zag ik Abraham. Als je de vijftig passeert, ga je ongemerkt wat vaker terugblikken. Je hoort het misschien niet aan mij, maar ik ben uit de Zeeuwse klei getrokken. Met collega’s, ik geloof die van Parkheuvel, was ik eens eten bij Oud-Sluis. Bij het weggaan, werden we in het Zeeuws toegesproken door Sergio Herman. Niemand uit het gezelschap die er wat van verstond. Of ik het niet even kon vertalen? Of het ons had gesmaakt, dat was wat hij vroeg.
Bij Zeeland denk ik aan wijnhoeve De Kleine Schorre in Dreischor, een knus ringdorp op Schouwen-Duiveland. De Kleine Schorre maakt wijnen in een stijl die naadloos aansluiten bij de Zeeuwse zilte zaligheden: mosselen, oesters, Oosterscheldekreeft, lamsoor en zeekraal en dat doen ze met druivenrassen als pinot gris, pinot blanc, rivaner en auxerrois. Al vrij snel na de oprichting in 2001 werd De Kleine Schorre opgenomen in het business class assortiment van KLM en daarmee had deze wijngaard zijn plek verworven.
Bij restaurant Amarone hadden we destijds wijnen van De Kleine Schorre op de kaart. Vreemd genoeg waren het vooral de buitenlandse gasten die geïnteresseerd waren in wijnen uit ‘this area’, de meeste toeristen scharen Dreischor onder dezelfde omgeving als Rotterdam en niet alleen Dreischor, ze scharen het hele land onder ‘this area’. Nederlanders dachten tot voor kort dat Nederlandse wijn ‘niets kon zijn’. Nederlandse wijnmakers werden door ‘eigen volk’ alom beschouwd als hobbyisten.
In Nederland is niet alles mogelijk. Een druif als tempranillo heeft heel veel zon nodig – meer zon dan dat hier doorgaans schijnt. Wat voor Nederland geldt, geldt echter ook voor de klassieke wijnlanden. Geen enkel terroir kan alle druiven hendelen. Menig ras vraagt om een ander klimaat, een andere bodem. Maar er is meer mogelijk in Nederland dan gedacht. Door de aanplant van chardonnay is inmiddels al aardig wat mousserend onder de Hollandse vlag op de markt gebracht.
APPASSIMENTOGEVOEL
Die interne minachting voor Nederlandse wijnen is niet terecht. Een jaartje of drie, vier geleden was ik eens bij een proeverij van uitsluitend Nederlandse en Vlaamse wijnen. Die proeverij was voor mij een eyeopener. Wat opviel, was het ongekend hoge niveau. Een niveau dat past bij een internationale erkenning. Ik ben daarom ook blij dat er nu een kentering gaande is. De vaderlandse wijnen beginnen onder de Nederlanders langzaam, heel langzaam de waardering te krijgen die ze verdienen.
Niet alles wat van ver komt, is per se lekkerder. De houtgelagerde chardonnay van Sint Catharinadal in Oosterhout uit 2017 is bijvoorbeeld verrassend goed. Voor een eerste oogst is dit een heel volwassen wijn. De voorraad is helaas wel nagenoeg op. Sint Catharinadal – een wijngaard van 1 hectare die volledig is ommuurd en wordt beheerd door de nonnen, de zusters Norbertinessen – maakt daarnaast nog twee interessante wijnen: een witte blend van pinot blanc en pinot gris en een rosé van pinot noir en gamay.
Heel speciaal vind ik de emendatio van Karakterwijn, een wijngaard van registervinoloog Hans Schers in het Noord-Limburgse Egchel. De emendatio is een regent, analoog aan Ripasso en Amarone. Het appassimentogevoel zit er heel duidelijk in. Bij Amarone worden de met de hand geplukte druiven ingedroogd, veelal op stromatten. De rijpe druiven verschrompelen zowat tot krenten. Appassimento in jargon.
Hans Schers is net als ik lijp van Amarone. En het lukt hem uitzonderlijk goed, het nabootsen van Amarone in droogkasten. In dezelfde provincie bevindt zich De Apostelhoeve, de nestor onder de Nederlandse wijnmakers. Op de Louwberg in Maastricht maken ze wijnen die neigen naar de Loire en naar Duitsland en dan doel ik met name op de Saar.
Nederlandse wijnen zijn doorgaans net iets prijziger en dat is logisch. De lonen zijn in Nederland hoger dan gemiddeld en aangezien de oogst veelal met de hand wordt geplukt zijn er veel manuren nodig. Een onregelmatigheid in de rijpheid, waardoor nog meer werk voor de plukkers, drijft de prijs verder op.
Laat de prijs je vooral niet afschrikken. Je krijgt er kwaliteit voor terug. Met de gedachte dat de plukkers een fatsoenlijk salaris hebben genoten, drinkt ‘ie bovendien een stuk prettiger. Als ik bij een volgend jubileum, bij mijn diamanten verjaardag, deze column teruglees, hoop ik dat we allemaal fan zijn van Nederlandse wijnen.
Harrie Baas
17 juli 1970 te Vlissingen
Loopbaan: Chef de rang bij Interscaldes in Kruiningen, maître bij Savelberg in Voorburg, maître-sommelier De Zwethheul in Schipluiden, sommelier La Vilette in Rotterdam, restaurantmanager De Arendshoeve in Bergambacht, sommelier Parkheuvel, mede-eigenaar Amarone in Rotterdam (2005 – 2015), freelance wijncoach, eigenaar Harries Wine & Deli in Rotterdam (2018 – heden).
Typisch Harrie: “Ik schakel van zijn 1 naar zijn 5, alles of niets, er is geen middenweg.”