Ze zijn eigenlijk altijd wel in het vriesvak bij Minouche de Jong en haar partner René van der Gijp thuis in Dordrecht te vinden: Raket! Want al sinds klein meisje is Minouche dol op deze vrolijk gekleurde waterijsjes.
“Ik ben helemaal geen toetjesmens en ik houd ook niet van schepijs, maar dus wel heel erg van ‘raketjes’. Ik weet nog goed dat in mijn jeugd de ijscowagen in onze straat stopte en mijn moeder altijd ‘raket-ijsjes’ voor ons kocht. Misschien was er verder niet zoveel keus en het waren de goedkoopste ijsjes, maar ze waren ook echt onze favoriet.
Dat komt vast door de verschillende smaken. Het rode puntje heeft een frambozensmaak, daarna komt sinaasappel en tenslotte ananas. Eigenlijk vind ik dat bovenste stukje het lekkerst en dat eet je natuurlijk als eerste. Ergens baal ik daar een beetje van, want je wilt dat natuurlijk altijd voor het laatst bewaren, maar het is ook wel een aparte gewaarwording.”
YOERI GAGARIN
“Weet je wat ik zo leuk vind? Het ijsje is ooit door Ola bedacht om aandacht te geven aan de eerste tocht in de ruimte door de Russische kosmonaut Yoeri Gagarin. Het ijsje kwam in 1962 op de markt en is sindsdien hetzelfde qua smaak en qua vorm, het verandert nooit. Dat is best bijzonder, want producenten veranderen hun producten eigenlijk altijd wel, ze proberen er iets aan toe te voegen of het een andere naam te geven. Maar Raket dus niet, al is er rond een EK of WK ook wel eens een Hollandse rood-wit-blauwe-variant te verkrijgen. Raket is eigenlijk een heel constant ijsje… en dat past goed bij mij, want ik ben een heel constant meisje.
En ja, ik eet dit waterijsje het hele jaar door. In de zomer, aan de rand van ons zwembad, maar ook in de winter als we bij de open haard zitten. René neemt dan een glas rode wijn en een stukje kaas, ik neem een ‘raketje’. Je kunt het dus echt wel mijn guilty pleasure noemen. Gelukkig telt een ‘raketje’ maar 44 calorieën, dus ik kan er zo nog wel eentje nemen…”
Beeld: Eric Fecken