Ben jij ook verslaafd aan jerk chicken? Aan tutu, pompoenpannenkoekjes en kokosgarnalen? Met een tweede vestiging van Blue Caribbean in Rotterdam zijn de ABC-eilanden dichter bij dan ooit.
Curaçao heeft ons hart gestolen. We zijn een groot fan van dit overzeese deel van het Nederlands koninkrijk. Zodra we er voet aan de grond hebben gezet, rennen we zo hard als we kunnen naar E Johnny Cake aan de Caracasbaaiweg bij benzinepomp Gasora. Om vervolgens een sprintje te trekken naar De Visserij in Piscadera of Purunchi aan de John F. Kennedy Boulevard voor een portie versgebakken vis met een awa di lamunchi (limoénade) met een tussenstop bij Plasa Bieu, de overdekte food market in Punda, voor een stobá met kip, gebakken banaan en funchi of keshi yená. De een noemt het streetfood, de ander soulfood. Welke naam je er ook aan geeft, het is vooral lekker, verslavend lekker. Iedere terugreis gaat gepaard met afkickverschijnselen.
Sinds 7 december 2019 hoeven we ons voor al deze lokale specialiteiten niet langer in alle bochten te wringen, we hoeven er in elk geval geen negen, tien uur meer voor te vliegen. Met Blue Caribbean aan de Vlietlaan in Kralingen is de Antilliaanse keuken – die van de ABC-eilanden – naar Rotterdam gehaald.
Wij blijken in Rotterdam niet de enigen te zijn die smelten bij de Caribische smaken. Blue Caribbean is zó gewild dat – ondanks alle coronabeperkingen – half maart een tweede vestiging is geopend aan de Spitsenhagen in IJsselmonde en dat een derde filiaal een serieuze optie is voor de eigenaren Kenneth Asporaat, Raggiett Chatlein en Vaetta Schmidt.
Blue Caribbean ll deelt niet dezelfde look met het eerste eethuis dat tussen een toko en een restaurant inzit. Meer ramen maakt deze vestiging een heel stuk lichter. De hoofdrol is er weggelegd voor Chadwick Boseman, de overleden superheld uit de film Black Panther. Van hem hangt een levensgroot portret aan de muur. Je zou er misschien eerder een poster van Jandino Asporaat verwachten, maar met zijn oudere broer wil Kenneth Asporaat niet openlijk koketteren.
Eerlijke marketing voorkomt valse verwachtingen. Jandino staat er niet achter de kassa of in de keuken, niet als zichzelf en ook niet in de hysterische rol van Judeska. Jandino strijdt momenteel voor een hoger doel: hij heeft zich opgeworpen als bruggenbouwer voor een stabiele economie op Curaçao, daar waar in de jaren tachtig zijn wieg stond en daar waar hij aan den lijve ondervond wat honger is. Een goedgevulde kom kadushi (cactussoep) of een bord vol tutu (funchi met gedroogde zwartoogbonen, geraspte kokos en zoutvlees of bakkeljauw) was voor hem in zijn kindertijd en is voor sommige eilandbewoners nog altijd geen vanzelfsprekendheid.
Kenneth en Raggiett zijn jeugdvrienden uit IJsselmonde. “We kennen deze plek als onze broekzak.” Op deze plek zat voorheen een afhaalchinees, zo’n eentje die in de jaren tachtig en negentig op zondag grossierde in babi pangang. Toen dit hoekpand naast de kapsalon vrijkwam, roken de compagnons hun kans.
De kaart bij Blue Caribbean aan de Spitsenhagen is nog uitgebreider dan die aan de Vlietlaan en bovendien 100 procent halal. Hardlopers zijn de kalfsspareribs, de jerk chicken en de mixed grill. “Die gaan echt keihard.” Onze aanraders zijn de gefrituurde kaasballetjes met een zoete chilisaus, de kokosgarnalen, aros moro (langkorrelige rijst met kidneybonen) en de arepa pampuna, de pompoenpannenkoekjes. Bij elk gerecht krijg je desgewenst wat huisgemaakte pika (Antilliaanse sambal) en coleslaw. Johnny cake, gevuld met kaas, gegrilde kip, tonijn of gezouten vis, hebben ze er helaas alleen op zondag. Er staat echter genoeg op het menu om daar geen punt van te maken. Flesje awa di lamunchi, of een flesje Fria Kolita erbij en Dushi Kòrsou ligt ineens om de hoek.